Alfred Hichcock fascineert miljoenen door zijn spannende films. De laatste tijd heeft hij ook de televisiekijkers met korte films verrast, die zowel in het buitenland als hier te lande gretig zijn opgenomen. Misschien is er geen regisseur in de wereld die zo'n fijne neus heeft voor het spannende, het adembenemende, en voor de filmuitbeelding daarvan, als Hitchcock. Maar het is te begrijpen, dat hij vele verhalen ontdekte die hij - toch niet voor de film en voor de televisie kon gebruiken. Zij waren té subtiel, té grotesk of té griezelig om voor verfilming of televisieuitzending in aanmerking te komen. Toch vond hij ze zó goed, dat hij ze in boekvorm heeft gebundeld en uitgegeven, om de liefhebbers in het genre in de gelegenheid te stellen op deze wijze van zijn keuze te genieten. Het voordeel van deze vorm is, dat men er bij kan nadenken, naar buiten kan kijken en het licht aanlaten. Het laatste is niet van belang ontbloot, want als deze grootmeester van het macabere en het griezelige, verhalen uitkiest, kan men beter het donker mijden.