Negen jaar zijn verstreken sinds Marek in Pester Johnsland aankwam. Het zijn duistere tijden voor de Hanze: hun levende schepen zijn aan het sterven terwijl een invasievloot met een miljoen zeilen op hun kust afkoerst. Als de bloedspiegel Mareks zus vertelt dat haar ware geliefde een soldaat op het vlaggenschip is, maakt dat de zaak er niet eenvoudiger op. Het zijn niet meer dan de eerste zetten in het wrede godenspel dat heer Hermelijn en Julia Veroccio met Marek en zijn familie spelen. Een spel dat zich uitstrekt van de schemerige oorlogszalen van Vrouwe Fourmi tot de spiegelglazen bankpaleizen van Utrecht.