Vanuit het Badense Rijk is opnieuw een expeditie uitgezonden om Thule, het vroegere Groenland, te veroveren. De eerste twee boten die naar Thule zijn gestuurd, zijn nooit teruggekomen. Ditmaal stuurt de Egon vijf oorlogsschepen met militairen. Aan boord is ook Kilian Werfel, een taalkundige die de uitgestorven taal Brits beheerst, die in Thule wordt gesproken. Hij zal als tolk optreden. In Thule heeft men zich echter goed voorbereid op een mogelijke nieuwe aanval van de Badeners. De Badeners zetten hun zwaar bewapende militairen aan land. Ondertussen hebben de Thulenen zich teruggetrokken in het binnenland. Als vervolgens de schepen van de Badeners door een storm ernstig worden beschadigd, besluiten ze te voet dwars door het land naar de hoofdstad te trekken. Kilian ontmoet op deze tocht vol ontberingen Christian en Thura en begint anders over de Thulenen te denken.