Op een regenachtige dag wordt Nico naar haar tante gebracht. Ze is blij dat ze weg is uit het weeshuis, maar wie is die tante Fien? Waarom woont ze in haar eentje in een enorm huis? Waarom mag er alleen gefluisterd worden? Tante Fien is een beetje raar, maar ook lief. Nico krijgt nieuwe kleren, cake en een sofa in de warme keuken om op te slapen. Maar er is iets vreemds aan hand. Waarom zijn de mensen uit het dorp boos op tante Fien? En... waarom mag Nico niet in de kelder komen?