De bonobo-aap Umber maakt al dertien jaar deel uit van het gezin van antropoloog Jim Dutton, in het kader van een onderzoek waarbij het gedrag van apen in een menselijke omgeving wordt bestudeerd. Umber doet huishoudelijke klusjes, kan vloeiend converseren in gebarentaal en is zelfs in staat tot het stellen van filosofische vragen. Jim en zijn dochter Brett beschouwen Umber dan ook als een volwaardig lid van het gezin. Dan wordt Jim door een collega geconfronteerd met een beangstigend gegeven: Umbers menselijke intelligentie wijst erop dat ze het resultaat moet zijn van genetische manipulatie. Deze onthulling wordt gevolgd door slecht nieuws; de eigenaar van Umber, een machtig farmaceutisch bedrijf, wil haar overbrengen naar een researchcentrum aan de Afrikaanse westkust. Terwijl Jim voorbereidingen treft voor zijn reis naar Afrika, gebeuren er in het oerwoud rond het centrum vreemde dingen. Enkele apen van een nieuwe experimentele soort zijn ontsnapt. Dan verdwijnen enkele medewerkers van het centrum spoorloos in de diepe schaduwen van het oerwoud...