Oermonsters, wraakgeesten, bloedkinderen. Allemaal arriveren ze tijdens de bloedmaan. Allemaal vormen ze een gevaar voor de mensheid.
Priya Chkadhari heeft een groot geheim: ze is een bloedkind, geboren tijdens de bloedmaan, en heeft daardoor bijzondere krachten. Priya leeft een zo onopvallend mogelijk leven om niet ontdekt te worden, want bloedkinderen worden gezien als monsters die moeten worden vermoord. Het is benauwend, maar ze lijkt niet aan haar lot te kunnen ontsnappen.
Als Priya op een dag de kans krijgt om een plek te bemachtigen als student in Kuwatta - het grootste militaire fort van het land - grijpt ze die met beide handen aan. Een plek in Kuwatta zou een nieuw leven voor Priya kunnen betekenen. En alles is beter dan haar leven in Disin.
Tot haar verbazing blijken haar krachten in Kuwatta als gave in plaats van als vloek te worden beschouwd. Ze ontmoet er andere bloedkinderen, allemaal met hun eigen krachten, en wordt getraind om mee te kunnen vechten in de guerillaoorlog tegen de kolonisten die Awaran al eeuwenlang in zijn greep houdt. Alleen komt Priya er al snel achter dat er zich ook een groot gevaar in het vervloekte hart van Kuwatta zélf schuilhoudt...