Uit de gebeurtenissen van de jaren 2326 en 2327 bleek bijzonder duidelijk, hoe weinig men nog weet van de diepten van de Melkweg met zijn miriaden zonnen en planeten, hoewel duizenden Explorerschepen al jaren lang voortdurend bezig zijn met onderzoek. Hoewel de Terranen onder leiding van Perry Rhodan nu al meer dan enkele eeuwen de ruimtevaart beoefenen - aanvankelijk met hypersprongruimteschepen, daarna met de kalupschepen - ontdekte men pas in het jaar 2326 door puur toeval de springwormen en springrupsen. Vooral de springwormen vormen een groot gevaar voor de Melkweg, omdat deze monsterlijke wezens afgrijselijke wapens bezitten en bovendien vrijwel onkwetsbaar zijn. Speciale Terraanse commando's - geleerden, soldaten, specialisten en mutanten - hebben bij de poging om de geheimen van de springwormen te ontsluieren, al zware klappen te incasseren gekregen, totdat tenslotte vier mannen van de USO, de door bevel voerend admiraal Atlan geleide 'Galactische brandweer' erin slagen contact te krijgen met de jonge springworm van de planeet Euhja. Deze springworm geeft het geheim van zijn soort prijs en sluit met de Terranen een verbond tégen zijn heren, de 'Genadigen', die in de oostelijke sector van de Melkweg een groot sterrenrijk beheersen met hun onkwetsbare, met molkex gepantserde ruimtevloten. De 'Genadigen' krijgen het molkex van de springwormen! Als men dus de springwormen zover kon krijgen, dat ze de 'Genadigen' niet meer hielpen, dan zouden deze spoedig geen gevaar meer vormen, denkt Perry Rhodan en stuurt het contactschip Terrania er op uit.