Geboren en opgegroeid te Amsterdam, Noord-Holland. Carolina Sofia (Carry) Slee is een Nederlandse kinderboekenschrijfster. Veel van haar boeken zijn verfilmd. Ze schrijft ook boeken voor volwassenen. Haar moeder is verstandelijk gehandicapt en dat was voor de jonge Carry niet eenvoudig: alles draaide in haar leven om haar moeder. Haar vader kon er niet mee omgaan en vluchtte in zijn werk. Toen ze op de lagere school bij andere kinderen thuiskwam, realiseerde ze zich dat het bij haar thuis anders was dan bij anderen. Zij droeg al jong veel meer verantwoordelijkheden dan de meeste kinderen. Slee wilde daarom ook graag aan de werkelijkheid ontsnappen. Fantaseren en schrijven hielpen haar daarbij. Toen ze nog heel klein was schreef ze al korte verhaaltjes. Ze vouwde daar boekjes van en zette die in de boekenkast. Aan haar knuffels las ze de boekjes voor. Waar ze over gingen weet Slee niet meer, maar nog wel dat voorlezen erg leuk was. Achteraf vindt ze dat het ziek zijn van haar moeder haar ook iets goeds heeft opgeleverd. Door het verdriet van haar moeder is Carry's vermogen om zich in te leven in anderen goed ontwikkeld. Carry Slee volgde een opleiding aan de Academie voor Expressie door Woord en Gebaar in Utrecht. Na het behalen van het diploma werkte ze als dramadocent op een school in Utrecht. Samen met haar leerlingen verzon ze verhaaltjes. Slee krijgt twee dochters, toen die klein waren vertelde ze aan hen verhaaltjes waarin Keetje Karnemelk de hoofdrol speelde. Haar dochters vonden die verhalen zo leuk, dat Slee ze opstuurde naar de Bobo. Ze werden meteen geaccepteerd en verschenen tweewekelijks. Ook schreef ze weleens naar de rubriek Margriet weet raad. Ze debuteerde in 1988 in Bobo. In haar eerste boek Rik en Roosje (1989) vertelt ze de belevenissen van een tweeling. Ze gaf haar baan in het onderwijs op en ging alleen nog maar schrijven. In 10 jaar tijd heeft ze zo’n 40 boeken geschreven. Ze ontving van de Kinder- en Jonge Jury 13 prijzen; dat is een record. In 1999 en 2001 ontving ze zelfs de prijzen in alle drie de categorieën. In een miniatuurhuisje in de tuin schrijft ze in die eerste jaren haar verhalen. In huis wordt ze te veel afgeleid. In het tuinhuisje heeft Slee een wereld gemaakt waarin ze zichzelf gelukkig voelt. Ze kan in haar verhalen eindelijk kwijt wat ze al jaren met zich mee draagt. "Volwassenen luisteren toch niet naar je", gaf ze ooit als reden om voor kinderen te schrijven. Ze ging na verloop van tijd ook voor volwassenen schrijven. In 2001 verscheen haar sterk autobiografische roman Moederkruid, dat genomineerd werd voor de Nederlandse Publieksprijs. Als vervolg op deze roman over haar kindertijd publiceerde ze later Dochter van Eva en De toegift. Een heel ander karakter heeft Ooggetuigen (2007), dat thriller-elementen bevat en vijf verschillende hoofdpersonen heeft. Na het wederom autobiografische Mam, je wordt oma! (2010) kwam Slee in 2013 met Strijken, met een mannelijke schrijver als hoofdpersoon. Hiervan zei ze dat het voortkwam uit een 'al jarenlang gevoelde noodzaak', zodat ze het schreef 'op de toppen van mijn kunnen'. Kort na het uitbrengen van Strijken kreeg Slee een burn-out. Enkele boeken voor kinderen schreef zij onder het pseudoniem Sofie Mileau. Op 2 oktober 2010 werd Slee benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau voor haar bijdrage aan de literatuur. Ze won Rembrandt Awards voor de films Razend (2012) en Spijt! (2014). In oktober 2014 werd ze bekroond tot populairste auteur van Nederland. Ze kreeg meerdere keren de Prijs van de Jonge Jury, de Prijs van de Nederlandse Kinderjury en Pluim van de maand. Carry Slee heeft 2 dochters en woont in Bergen