Geboren in Bogoetsjar. Wordt beschouwd als de Russische Grimm. Publiceerde en verzamelde in de jaren 1855 tot 1863 meer dan zeshonderd Russische Volkssprookjes. Dit is nog altijd de grootste collectie volkssprookjes door één man verzameld. in Bogoetsjar bij Voronezj doorliep hij het gymnasium om daarna rechten te studeren aan de Universiteit van Moskou. Later zou hij zich meer gaan interesseren voor geschiedenis. Hij publiceerde een aantal artikelen in het tijdschrift ‘’Hedendaags’’ en ‘’Opmerkingen van het Vaderland’ zoals ‘’Het politieke systeem onder Peter de Grote’’ (1847). Afanasjev ging op het Ministerie van Buitenlandse zaken werken waar hij het beheer kreeg over het archief waarin zich allerlei charters en verdragen bevonden. Rond 1850 kreeg Afanasjev belangstelling voor Russische volksverhalen en sprookjes. In zijn jeugd had hij al veel sprookjes horen vertellen en hij hoopte dat een hernieuwde belangstelling voor sprookjes zou betekenen dat ook de Russische taal aan invloed zou winnen. Hij begon sprookjes en volksverhalen te verzamelen en publiceerde artikelen over de Russische mythologie als "De Heidense traditie van het eiland Boejan" en "Tovenaars en heksen, Magie in het Oude Rusland". In 1855 publiceerde hij zijn eerste bundel Russische sprookjes. Hij werd ook in het buitenland bekend met zijn sprookjes en hij correspondeerde met buitenlanders. Afanasjev kwam ook in contact met de in ballingschap levende Russische filosoof en schrijver Alexander Herzen. Herzen was betrokken bij het anti-tsaristische Russische immigrantentijdschrift De Klok (Kolokol). De contacten met Herzen werden Afanasjev noodlottig; in 1862 werd hij gedwongen de staatsdienst te verlaten. Hij kreeg gezondheidsproblemen en leefde in behoeftige omstandigheden. Zijn enorme bibliotheek moest hij beetje bij beetje verkopen om te kunnen eten. Overleden in Moskou aan de gevolgen van tuberculose.