Geboren op Curaçao. Ze bracht haar jeugd door in Nederland. Na de oorlog ging ze met haar man en kinderen terug naar Curaçao, in 1958 vestigden ze zich in Colombia: eerst in Buenaventura, daarna in de hoofdstad Bogotá, waar ze veel liefdadigheidswerk verrichtte. Al vroeg begon ze met het schrijven van kabouterstrips, later schreef ze op aanmoediging van Miep Diekmann kinderboeken. In 1965 werd 'De smokkelaars van Buenaventura' gekozen als één van de drie beste kinderboeken van het jaar; 'De adjudant van de vrachtwagen' kreeg in 1968 de Prijs voor het beste jeugdboek en 'Het Gouden Suikerriet' verwierf in 1971 een Zilveren Griffel. Overleden te Den Haag.