Edward Bellamy

Geboren te Chicopee Falls, Massachusets. Journalist, romanschrijver en politicus. Zijn vader was Rufus King Bellamy (1816-1886), een Baptistenpredikant en een afstammeling van Joseph Bellamy. Zijn moeder, Maria Louisa Putnam Bellamy, was een calvinist. Ze was de dochter van een baptistenpredikant genaamd Benjamin Putnam, die gedwongen werd zich terug te trekken uit de bediening in Salem, Massachusetts, na bezwaren tegen zijn vrijmetselaarsschap. Bellamy ging naar de openbare school in Chicopee Falls voordat ze vertrok naar Union College of Schenectady, New York, waar hij slechts twee semesters studeerde. Na het verlaten van school ging Bellamy voor een jaar naar Europa en bracht veel tijd door in Duitsland. Bellamy studeerde kort rechten, maar verliet dat veld zonder ooit als advocaat te hebben gewerkt, en betrad in plaats daarvan de wereld van de journalistiek. In deze hoedanigheid diende Bellamy korte tijd in de staf van de New York Post voordat hij terugkeerde naar zijn geboorteland Massachusetts om een ​​functie in te nemen bij de Springfield Union. Op 25-jarige leeftijd ontwikkelde Bellamy tuberculose, de ziekte die hem uiteindelijk zou doden. Hij heeft er zijn hele volwassen leven last van gehad. In een poging om zijn gezondheid terug te krijgen, bracht Bellamy een jaar door op de Hawaiiaanse eilanden (1877 tot 1878). Toen hij terugkeerde naar de Verenigde Staten, besloot Bellamy de dagelijkse sleur van de journalistiek achter zich te laten en zich te gaan richten op literair werk, dat minder beslag legde op zijn tijd en zijn gezondheid. Bellamy trouwde in 1882 met Emma Augusta Sanderson. Het echtpaar kreeg twee kinderen. Bellamy's vroege romans, waaronder 'Six to One' (1878), 'Dr. Heidenhoff's Process' (1880) en 'Miss Ludington's Sister' (1885) waren onopvallende werken, gebruikmakend van standaard psychologische plots. Zijn boek ‘Looking backward, 2000-1887’, dat in het jaar 1888 verscheen, maakte hem beroemd. In minder dan twee jaar tijd werden er een half miljoen exemplaren van verkocht. Overleden aan tuberculose te Chicopee Falls, Massachusetts. Zijn levenslange huis in Chicopee Falls, gebouwd door zijn vader, werd in 1971 aangewezen als Nationaal Historisch Oriëntatiepunt. Bellamy Road , een woonweg in Toronto , is vernoemd naar de auteur.