Op de dag dat Wultgar trouwt, komt de vloek van Gudrun, de sneeuwheks, uit. Omhuld door een ijzige mist, valt ze de vesting van de Jarl binnen. Iedereen raakt in een trance en droomt bizarre, gevaarlijke verhalen. Uiteindelijk worden ze allemaal weer wakker. Iedereen behalve Signi, de bruid van Wulfgar. Gudrun heeft haar ziel gestolen. Kari, de zoon van de Sneeuwheks, weet dat er niets anders op zit dan Signi te gaan zoeken bij het IJsvolk, daar waar de wereld ophoudt, daar waar de Sneeuwheks op hem wacht om hem te vernietigen.