Piet Guit onderneemt met zijn wonderpaard, gemaakt van een hobbelpaard en een vliegtuigschroef, een reuzenreis. In Afrika ontmoet hij gewapende Bedouinen, maar kan dankzij Haust beschuit zijn reis vervolgen. Samen met een blanke professor en diens zwarte knecht reist hij verder naar een kafferdorp. Ze ontmoeten wilde dieren en 'kranige mannen': Afrikaner boeren in Transvaal. Met de Professor vliegt Piet terug naar Amsterdam.