In de nacht van de eerste mei (magische nacht) komt de vogelverschrikker Glasàn tot leven. Hij moet de strijd aanbinden tegen 'het kwaad' dat ook tot leven is gewekt. De twee kinderen Niamh en Daire (uitverkoren door Manannán, de zeegod) staan hem daarin bij. Beide partijen hebben helpers: dieren of andere wezens en magische voorwerpen tot hun beschikking. Glasàn weet het kwaad te vernietigen, maar moet zelf terugkeren naar het land der Dromen. Voor de kinderen laat hij een teken achter.