Zo jong en zo lief. Op een drukke dag is ze er, zomaar opeens. Een tiener zonder familie, zonder verleden, zonder herinneringen... Zo mooi en zo blond. Carol en Paul voelen zich meteen tot haar aangetrokken: ze is het kind dat ze zo graag hadden willen hebben. En dan beginnen Carols nachtmerries: de afschuwelijke nachtelijke geluiden... het met bloed besmeurde gezicht in de spiegel... de vlijmscherpe bijl... Zo bedriegelijk onschuldig. Bijna alle moeders zouden willen sterven voor zo'n engeltje. En dat maakt Carol nog het meest van streek...