Het gruwelkabinet biedt u moord en zelfmoord, verminking en zelfverminking, wraak en wroeging, grafkelders en dodenakkers, galgen en guillotines, duivels en demonen, medische experimenten en zondige betrekkingen, zwarte katten en duistere hagedissen, menselijke berekening en occulte hekserij, geheime gangen en stenenregens.
Wie aan Nederlandse gruwelverhalen denkt, denkt niet aan de negentiende eeuw. In de literatuurgeschiedenis kreeg horror geen plaats. Dat wil echter niet zeggen dat er in de negentiende eeuw (in het spoor van de buitenlandse zwarte romantiek) in Nederland geen gruwelliteratuur geschreven is.
In deze bundel zijn dertien van de wreedste en afschrikwekkendste verhalen verzameld. Onder de auteurs ervan zijn bekenden als Hendrik Conscience en Alexander Ver Huell, minder bekende als Jan Bastiaan Christemeijer, Boudewijn (ps. van J.L. van Vliet) en Carel van Nievelt, en volkomen onbekende die hun werk anoniem publiceerden of alleen met hun initialen ondertekenden. De verhalen zijn bewerkt en in modern Nederlands overgezet door Ivo de Wijs.