Soms, als je last hebt van de ‘boze-buien-ziekte’, lijkt alles even akelig. Je vader is een nare man die ontzettend gauw boos wordt en de pik op je heeft. Je moeder is een ongezellig mens, nooit vrolijk of blij. En dan zijn je ouders verhuisd van een dorp naar de grote stad en daarom zit je nu op een rot school vol rot kinderen. De kwelgeest Puk leidt het meisje Inka op een dwaalspoor, maar Inka is een moedige meid die zich op eigen kracht weet los te werken uit het moeras van de nare gedachten. Ze vindt de weg naar de maanwachter. Samen met de maanwachter bekijkt Inka nog eens al die nare dingen. Ineens wordt het Inka duidelijk dat er inderdaad iets heel akeligs is gebeurd dat het leven van haar en haar ouders grondig heeft gewijzigd. Maar ook daar kun je anders tegenaan kijken. Dat heeft ze geleerd op haar reis naar de maan.