Woedend fietste Thomas terug naar huis. Waarom ook moest die etter van een wiskundeleraar hem hopeloos belachelijk maken? De hele klas zou nog dagen achter Zijn rug zitten grinniken. En hoe kon hij Lena ooit nooit onder ogen komen'? Verstrooid stak hij het kruispunt bij de vijver over. En toen, uit het niets. was die auto daal-. Gierende remmen, een rode flits. en Thomas plonsde in het ijskoude water. Toen hij wakker werd. was niets nog hetzelfde