Ridder Tiuri en zijn schildknaap Piak zijn uitgenodigd op het kasteel van Ridder Ristridin. Daar aangekomen blijkt hij er niet te zijn. Prins Iridian en Ridder Arturia zijn er wel. Arturin zegt dat Ristridin voor het laatst op Kasteel Islán gezien is. Piak en Tiuri gaan daar heen. Het is daar heel geheimzinnig, maar Ristridin is er niet.
Ze trekken door het Wilde woud, waar ze Marius ontmoeten. Hij zegt Ristridin gezien te hebben toen die iets in een boom kerfde. Ze gaan op zoek naar die boom en vinden hem. Op de terugweg worden Marius en Tiuri gevangen genomen door Ruiters. Piak ontsnapt en gaat hulp halen.
Ondertussen zitten Tiuri en Marius bij de Zwarte Ridder gevangen. Tijdens een schaakspel ontdekt Tiuri dat de Zwarte Ridder de broer is van Prins Iridian en zijn koninkrijk wil aanvallen. Iemand helpt Tiuri en Marius ontsnappen. Tehalon, de leider van de mannen in het groen, brengt Piak en de rest weer samen.
Tiuri wil de koning zo snel mogelijk waarschuwen dat er gevaar dreigt. Tehalon zegt dat er ergens een gong is waarmee zij de koning kunnen waarschuwen. Piak en Tiuri gaan er heen via een verborgen bergpas. Tiuri is zwaargewond maar luidt de gong en het plan is geslaagd. Hij en
Piak rusten in een dorp, waar ze Ristridin ontmoeten. Hij lijkt gevangen te zijn geweest door de Heer van Islán, die samen heulde met de Zwarte Ridder. Maar ondertussen geeft de Zwarte Ridder niet op en strijdt door. Op het laatste wil hij een zwaardgevecht met zijn broer Prins Iridian, Hij verliest en gaat dood, maar omdat hij met een vergiftigd zwaard vocht ging Prins Iridian ook dood.
Tehalon werd de Meester van het Wilde Woud en er heerste weer overal vrede.