Cedric heeft het moeilijk. Zijn ouders zijn gescheiden, met zijn zus heeft hij steeds ruzie en zijn moeder zit hem behoorlijk op zijn huid. Op school lukt het voor geen meter en de leraren vinden dat hij er met zijn pet naar gooit. Op een dag wordt het hem allemaal te veel en hij denkt: Bekijk het maar! Hij besluit om een lange reis te gaan maken. In de vroege ochtend sluipt hij zijn huis, loopt naar de snelweg en probeert een lift te krijgen. Dat lukt al snel, maar met die zwarte auto die hem meeneemt is iets vreemds aan de hand. De chauffeur brengt hem naar De Poort en Cedric belandt van de ene wereld in de andere. Hoe gek het ook klinkt, Cedric verlangt algauw naar huis. Maar er lijkt geen weg terug. Tot hij uiteindelijk in een grot belandt en zichzelf leert kennen.