Van de Romeinse macht is alleen nog de handelsweg over. De beschaving is teruggetrokken tot Byzantium. Voor Urri even ver en onbegrijpelijk als Amsterdam voor een Eskimo van nu. Het is de schemertijd waaruit onze sprookjes stammen, en waarin Urri zijn werkelijkheid beleeft, zijn droom niet een zilveren hinde en een schat in het woud.
Urri heeft een lage stem en kan niet hard schreeuwen zoals andere kinderen. en dan word je niet voor vol aangezien. Voor vogelverschrikker deugt hij niet, maar hij mag wel het everzwijn van zijn grootvader hoeden.
Urri en zijn varken, de grote machtige Gijp, worden de beste vrienden. Urri past op Gijp en Gijp beschermt Urri. En dat is nodig als ze in het verboden moeras een dwergachtig meisje ontmoeten, dat behangen is met gouden kettingen en juwelen snoeren die tegen haar knieën rinkelen. Haar ogen staan vreemd ver uit elkaar. Een kikkerbruid, denkt Urri. Als je in een onbegaanbaar moeras zomaar een prinses ontmoet, is het niet pluis.