Negen korte verhalen over dieren; dieren die kunnen praten, dieren met een speciale eigenschap. Kibbelende kippen, een eigenwijs olifantje, een vis die een kind in bescherming neemt, circusleeuwen, een trouwe papegaai, een sluwe vos en een nog slimmere kip, vretende ouders die in varkens veranderen, een nieuwsgierige tijger en tot slot een zeer speciale poes. En telkens eindigen de verhalen op een verrassende manier.
Van zon en vrijheid wisten de leeuwen niets. Ze verlangen niet meer naar lekkere hertjes. Elke dag op precies dezelfde tijd kregen ze hun vlees en lagen ze lusteloos met lange tanden te knagen. Elke avond stonden ze op tonnetjes en zwaaiden ze met hun klauwen. Maar op een avond klonk het brullen van de leeuwen anders dan anders...
Informatie