Harry Winstor Junior heeft wetenschappers bijeen geroepen in het Smithsonian Institution omdat de Grote Blauwe Diamant, de Blue Hope[1], rood wordt. Professor Barabas gaat met zijn vrienden naar het Diamantmuseum van Antwerpen en vertelt hoe diamanten ontstaan en waarom Antwerpen zich terecht het diamantcentrum van de wereld mag noemen. Dan wordt professor Barabas op zijn GSM gebeld en vertelt dat hij meteen naar Washington D.C. moet vertrekken. De vrienden brengen hem naar de luchthaven en de professor komt na een nachtvlucht aan in Washington. Professor Barabas vertelt de geleerden over de problemen bij de Belgische posterijen[2] en laat zijn nieuwste uitvinding, de speurneus, zien. Het toestel tast voorwerpen af en beantwoord alle vragen, maar dan hoort professor Barabas dat de informatie over de rode kleur van de diamant TOP SECRET is. De machine vertelt dat er een gelijke blauwe diamtn in mei 1880 in het Grote Gat in Kimberly, Zuid-Afrika, is gevonden.
Dan verdwijnt de Blue Hope en professor Barabas wordt verantwoordelijk gesteld. De professor belooft de identieke diamant te bezorgen aan de wetenschappers, maar wil niet vertellen hoe hij dat gaat doen. Professor Barabas vertelt zijn vrienden wat er aan de hand is, maar dan verdwijnt Schanulleke plotseling. Dan ziet Suske Schanulleke op internet en het poppetje vertelt dat ze samen met de Blue Hope de wereld moet redden. Ze zal de vrienden binnen 50 dagen terugzien. Professor Barabas krijgt via een e-mail toestemming de diamant op te graven, maar het bericht wordt onderschept door een misdaadorganisatie. De professor vertelt de vrienden dat de Blue Hope de rampensteen wordt genoemd omdat iedereen die er mee te maken krijgt in het verderf is gestort. Professor Barabas stuurt zijn vrienden naar Zuid-Afrika in 1880, maar tante Sidonia blijft bij hem.