Regel 7: Regel 7:
 
Vanwege zijn kritische houding tegenover het nationaalsocialisme en Adolf Hitler werd hij na de Duitse inval in Tsjechoslowakije door de Gestapo in Želiv in 1939 gearresteerd. naar de Pankrác-gevangenis in Praag gebracht. Na een week werd hij overgeplaatst naar Dachau, doorgestuurd op 26 september 1939 naar Buchenwald en in juni 1942 naar Sachsenhausen. Vandaar werd hij op 25 februari 1945 naar Bergen-Belsen vervoerd. Josef Čapek stierf daar in de eerste dagen van april aan tyfus. Uit de kampen in Buchenwald en Sachsenhausen zijn gedichten en tekeningen, ​​het laatste deel van zijn werk, dankzij enkele celgenoten gelukkig bewaard gebleven.
 
Vanwege zijn kritische houding tegenover het nationaalsocialisme en Adolf Hitler werd hij na de Duitse inval in Tsjechoslowakije door de Gestapo in Želiv in 1939 gearresteerd. naar de Pankrác-gevangenis in Praag gebracht. Na een week werd hij overgeplaatst naar Dachau, doorgestuurd op 26 september 1939 naar Buchenwald en in juni 1942 naar Sachsenhausen. Vandaar werd hij op 25 februari 1945 naar Bergen-Belsen vervoerd. Josef Čapek stierf daar in de eerste dagen van april aan tyfus. Uit de kampen in Buchenwald en Sachsenhausen zijn gedichten en tekeningen, ​​het laatste deel van zijn werk, dankzij enkele celgenoten gelukkig bewaard gebleven.
  
In juni 1945 ging Rudolf Margolius, vergezeld van Čapeks vrouw Jarmila Čapková, naar Bergen-Belsen om hem te zoeken. Zijn stoffelijk overschot werd nooit gevonden. In 1948 stelde de rechtbank officieel de datum van zijn overlijden vast op 30 april 1947.
+
In juni 1945 ging Rudolf Margolius, vergezeld van Čapeks vrouw Jarmila Čapková, naar Bergen-Belsen om hem te zoeken. Zijn stoffelijk overschot werd nooit gevonden. In 1948 stelde de rechtbank officieel de datum van zijn overlijden vast op 30 april 1947. Co-auteur: Karel Čapek

Huidige versie van 6 apr 2024 om 23:25

Geboren te Hronov, Bohemen. Josef Čapek was een Tsjechische kunstenaar die vooral bekend stond als schilder, maar ook bekend stond als schrijver en dichter. Hij was de zoon van een plattelands dokter. Nadat hij de School voor Industriële Kunst in Vrchlabí had bezocht, studeerde hij van 1904-1910 aan de School voor Toegepaste Kunsten in Praag. Van 1910 tot 1911 gaat hij met zijn broer, de schrijver Karel Čapek, op studiereis naar Parijs.

Hij was eerst een schilder van de kubistische school, later ontwikkelde hij zijn eigen speelse, minimalistische stijl. Hij werkte samen met zijn broer Karel aan een aantal toneelstukken en korte verhalen; in zijn eentje schreef hij het utopische toneelstuk Land of Many Names en verschillende romans, evenals kritische essays waarin hij pleitte voor de kunst van het onbewuste , van kinderen en van 'wilden'. Hij werd door zijn broer genoemd als de ware uitvinder van de term robot. Als cartoonist werkte hij voor Lidové Noviny , een krant gevestigd in Praag. Zijn geïllustreerde verhalen Povídání o Pejskovi a Kočičce (Engelse vertaling alsThe Adventures of Puss and Pup) worden beschouwd als klassiekers uit de Tsjechische kinderliteratuur.

In 1911 was hij een van de medeoprichters van de "Skupina výtvarných umělců" (groep van beeldende kunstenaars) en gelijktijdig hij het kunsttijdschrift Umělecký měsíčník (maandelijks voor kunst). In 1918 ontmoette hij de groep "Tvrdošíjní" (De Koppige) het verlies aan belang van het kubisme na de Eerste Wereldoorlog tegen te gaan. Halverwege de jaren twintig richtte Čapek zich op maatschappijkritische onderwerpen en werkte hij als kunstcriticus en redacteur. In 1931 ontving hij de ČSR Literatuurprijs voor zijn roman Im Schatten des Fernkrauts. Eind jaren dertig werden politieke karikaturen tegen de nationaal-socialisten gemaakt. In de herfst van 1939 ontving hij een Tsjechische kunstprijs.

Vanwege zijn kritische houding tegenover het nationaalsocialisme en Adolf Hitler werd hij na de Duitse inval in Tsjechoslowakije door de Gestapo in Želiv in 1939 gearresteerd. naar de Pankrác-gevangenis in Praag gebracht. Na een week werd hij overgeplaatst naar Dachau, doorgestuurd op 26 september 1939 naar Buchenwald en in juni 1942 naar Sachsenhausen. Vandaar werd hij op 25 februari 1945 naar Bergen-Belsen vervoerd. Josef Čapek stierf daar in de eerste dagen van april aan tyfus. Uit de kampen in Buchenwald en Sachsenhausen zijn gedichten en tekeningen, ​​het laatste deel van zijn werk, dankzij enkele celgenoten gelukkig bewaard gebleven.

In juni 1945 ging Rudolf Margolius, vergezeld van Čapeks vrouw Jarmila Čapková, naar Bergen-Belsen om hem te zoeken. Zijn stoffelijk overschot werd nooit gevonden. In 1948 stelde de rechtbank officieel de datum van zijn overlijden vast op 30 april 1947. Co-auteur: Karel Čapek