Als Joris op een dag een mooie kiezelsteen vindt, gaat hij er meteen mee aan de slag. Hij heeft namelijk ergens gelezen dat daar soms edelstenen in zitten. Pas na veel moeite krijgt Joris de steen open en dan komt er een piepklein groen beestje uit. Het dier begint meteen de resten van de kiezelsteen op te eten, schrokt daarna houtsnippers, spijkers en poetslappen naar binnen en groeit snel, gevaarlijk snel zelfs... Binnen de kortste keren vreet het draakje - want dat is het - tuingereedschap en de zelfs de werkbank van Joris’ vader op. De draak groeit maar door en wil nu aan geparkeerde auto’s beginnen. En tot overmaat van ramp heeft hij op het grasveld een drol gelegd. Op de plaats van het keurig nette gazon groeit nu een oerwoud. Joris weet zich geen raad: waar moet hij met de draak naartoe?