Een Aardse jongen van zestien belandt onbedoeld - maar niet helemaal - in een jonge, nog niet helemaal voltooide wereld die zich 'elders' bevindt. Hij moet maar zien daar het vege lijf te redden. Niemand is er die zich echt om hem bekommert, niemand zit te wachten op een puber die niets bijzonders kan. Er zijn daar meer mensen, maar die waren allemaal veel ouder toen ze overstaken. Ze wonen op het midden van een verwoeste vlakte in een primitief dorp en mogen daar niet weg, kunnen dat ook niet. Het ontbreekt hun aan de noodzakelijke kennis van de plaatselijke natuurwetten.
Anderen, de Sidhe, bezitten die kennis wel. Hun god heeft deze wereld voor hen gemaakt, nadat ze in de grijze geschiedenis van de Aarde verdreven zijn. Maar hier zijn zij nog niet zo lang, hun wereld is nog niet af, en verandert soms dan ook.
Drie half-menselijke, half-Sidhe vrouwen nemen Michael onder hun hoede en geven hem wereld-les. Hij begrijpt er eerst niets van, weet alleen dat hij het niet zal overleven als hij niets leert. Het is een harde leerschool voor een eenzame jongen in een liefdeloze wereld...
Onderwijl zoeken de Sidhe een aanleiding om de mensen uit hun wereld te mogen verjagen. Maar er bestaat een pact. Heeft Michaels opleiding hier iets mee te maken, wordt er van hem een oplossing verwacht? In dat geval: wiens werktuig moet hij worden?