Geboren te Kamenz. Gotthold Ephraim Lessing was een Duits schrijver en dichter uit de Verlichting. Hij wordt ook wel als de eerste moderne schrijver in de Duitse literatuur beschouwd. Lessing was de zoon van een protestantse dominee en groeide op in een pastorie. Hij ontving een beurs voor de vorstenschool St. Afra te Meißen, waar hij tussen 1741 en 1746 studeerde. Vanaf 1746 ging hij te Leipzig theologie studeren. Hij maakte er kennis met de theatervereniging Die Neubersche Truppe. Zij voerde in 1748 zijn eerste toneelstuk op, de komedie 'Der junge Gelehrte', die meteen een succes was. In Wittenberg studeerde hij enige tijd geneeskunde (tot 1752). Zijn interesse ging echter steeds sterker uit naar de literatuur. Hij was vastberaden een onafhankelijk schrijver te worden. Hij had voordien reeds in Berlijn als vertaler en op een krantenredactie gewerkt. In 1749 schreef hij er twee komedies. Hij raakte aldaar bevriend met de filosoof Moses Mendelssohn en de schrijver Friedrich Nicolai, met wie hij later een theoretisch werk over de literatuur uitgaf, Briefe, die neueste Litteratur betreffend. Dit luidde een nieuwe stijlperiode in het Duitse classicisme in. Lessings opvattingen over de esthetiek van het theater incorporeerden zowel gevoelsmatige als morele dilemma's, een stelling die hij in zijn treurspelen verder uitwerkte. Tot 1755 verbleef Lessing als voltijds auteur in Berlijn, waar hij gedichten, polemieken en de burgerlijke tragedie 'Miß Sara Sampson' publiceerde. Ook ontmoette hij Voltaire, met wie hij echter niet best overeenkwam. Hij begon in 1756 aan een educatieve reis door Europa met Johann Gottfried Winkler, de zoon van een koopman. Node werd de reis in Amsterdam echter afgebroken door toedoen van de Zevenjarige Oorlog. Lessing moest naar Leipzig terugkeren. In Leipzig teruggekeerd schreef hij in 1759 drie boeken met antieke Fabeln, wier moraal hij vanuit het ideaal van de Verlichting interpreteerde. Hij diende tijdens de oorlog onder de Pruisische generaal Tauentzien te Breslau. Vanaf 1765 was hij weer in Berlijn, waar hij een kunsttheoretisch traktaat schreef en eveneens zijn oorlogservaringen neerschreef in 'Minna von Barnhelm', een razend populaire komedie. Lessing was steeds op zoek naar financiële stabiliteit. Daarom nam hij een post als recensent en dramaturg aan het Hamburger Nationaltheater aan. Omdat zijn hieruit ontstane bundel Hamburgische Dramaturgie niet het gehoopte succes opleverde, poogde hij nog in Hamburg een drukkerij op te richten, wat eveneens een fiasco werd. Lessing dreigde in armoede te vervallen en was daarom genoopt zijn bibliotheek te verkopen. Om toch aan een inkomen te komen nam hij in 1770 een benoeming aan als bibliothecaris te Wolfenbüttel van de hertogelijke bibliotheek, de huidige Herzog August Bibliothek. Dit stelde hem in staat een regulier burgerlijk leven te leiden. Hij betrok een woning die dicht bij de bibliotheek gelegen was, die nu de naam Lessinghaus draagt en een museum herbergt. Hij huwde in 1776 met Eva König, die evenwel reeds in 1778 in het kraambed overleed. In Wolfenbüttel is Lessing vrijmetselaar geworden. Hij schreef in 1772 zijn bekendste tragedie 'Emilia Galotti'. De première vond plaats in Braunschweig. Overleden te Braunschweig.