Geboren te Delft, Zuid-Holland. Femke Dekker is een Nederlandse schrijver van jeugdboeken. Het schrijven zat er bij Femke Dekker al vroeg in. Ze schreef haar eerste verhaal toen ze tien jaar was, en daarna bleven de ideeën komen. Avontuurlijk, fantasievol en met hoofdpersonen die net zo stoer waren als die in de boeken die ze las, zoals Ronja de Roversdochter. Altijd en overal schreef ze. Niet alleen verhalen, maar ook brieven aan penvriendinnen, stukjes voor de buurtkrant en dagboeken. Toch droomde ze er als kind niet van om schrijver te worden. Schrijvers, dat waren mensen als Guus Kuijer of Thea Beckman. Dat waren geen gewone mensen, dat waren helden. Die waren groots, onbenaderbaar. Schrijver, met een hoofdletter, dat kon je niet worden. Volgde na de HAVO een studie op de School voor Journalistiek in Utrecht. Ze stapte over naar Tekstschrijven, een HBO-opleiding die later opgegaan is in een opleiding Communicatie en PR. Daar maakte ze kennis met allerlei verschillende schrijfdisciplines. Ook volgde ze daar twee vakken bij een van haar grote voorbeelden, Hannemieke Stamperius. Helaas stond de opleiding het niet toe om op een roman af te studeren. Ze ging aan het werk als web-redacteur bij de Consumentenbond, en bleef intussen verhalen schrijven. Nu wel met de intentie om uitgegeven te worden. Debuteerde in 1993 met Joris en de Zonneprinses in de serie Leesleeuw bij Zwijsen. In de jaren daarna verschenen er bij dezelfde uitgeverij nog veertien boeken. In 2008 begon ze aan haar eerste jeugdroman, Argadwyn, een boek waar ze een aantal jaar aan schreef. Begin 2014 lag het boek in de winkel. Woont met echtgenoot Machiel en zoon Floris in Ooltgensplaat.