Geboren te Ath, Henegouwen. Ze was de dochter van Bertha Pauwels en Cyriel Vande Putte. Haar vader is doctor in de filologie en leraar aan het atheneum. Hij lijdt aan een slepende ziekte en overlijdt in september 1908. In 1908 verhuist moeder met haar vier kinderen naar haar geboortestad Blankenberge. Jeanne doorloopt de basisschool bij de Zusters van de Heilige Jozef, waar ze teksten schrijft waarvan de zusters nauwelijks geloofden dat ze uit de pen van een kind kwamen. Op haar twaalfde weet Jeanne dat ze dichteres wil worden. In 1922 wordt ze leerlinge op de kostschool bij de Zusters van Het Heilig Graf te Turnhout, waar ze onder de indruk komt van Zuster Maria-Jozefa, zelf een dichteres en Zuster Maria Beata, een echte moederfiguur. In Turnhout begint ze volop te schrijven, maar eerst in het Frans, de taal van haar eerste onderwijs. Ze wint met een Frans opstel de Vincart-wedstrijd in Brussel, waaraan alleen Vlaamse scholieren mochten deelnemen. Ze krijgt er een pakket boeken, een fiets en een reis naar Bretagne en Normandië voor cadeau. Maar Het Heilig Graf was een van de weinige middelbare scholen in Vlaanderen die al volledig Nederlandstalig was geworden en Jeanne moest zich toeleggen op het Nederlands. In 1927 Jeanne studeert met brio af als regentes, maar beseft dat ze met haar zwakke gezondheid nooit voor de klas zou kunnen staan. Jules Persyn, die in die jaren lesgever literatuur was in Turnhout, bemiddelt bij de Antwerpse burgemeester Frans van Cauwelaert, die haar als secretaresse zijn persoonlijke correspondentie laat behandelen en wat privé-lessen laat geven. Kort daarop vestigt ze zich te Antwerpen, maar haar gezondheid laat het afweten. om gezondheidsredenen moet ze haar betrekking bij Van Cauwelaert opgeven en volgt een herstelverlof in Tongerlo. Jeanne ondergaat in Brussel een zware maagoperatie. Om te herstellen verblijft ze drie maanden te Doornik, waar ze aan krachten herwint en zelfs een tijdje lesgeeft als vervangster. In haar overmoed trekt ze zelfs naar Leuven waar ze korte tijd pedagogie en Thomistische wijsbegeerte studeert. Een onmogelijke opdracht zo blijkt al na een trimester. Er wordt tuberculose vastgesteld en in december 1929 wordt ze naar het sanatorium van Sijsele gestuurd. Na een paar maanden wordt ze door de artsen opgegeven en naar huis in Blankenberge teruggebracht. Om 2 uur in de namiddag thuis in de Descampstraat 13 te Blankenberge overleden. Jeanne Vande Putte wordt bijgezet in de familiekelder op de gemeentelijke begraafplaats te Blankenberge.