Geboren in Peterborough. Na zijn kostschooltijd op Harrow ging hij studeren in Oxford. Hij maakte deel uit van een zeer gecultiveerd milieu, waarin men grote belangstelling voor muziek had. In 1925 debuteerde hij met ‘Simonetta Perkins’ en pas twintig jaar later volgde een tweede boek, het eerste deel van de Eustace & Hilde-trilogie. Hij schreef recensies en artikelen over schrijvers voor onder meer de ‘Saturday Revieuw’. In 1956 hij Commander of the British Empire. Verschillende van zijn boeken zijn verfilmd.
Hartley had grote bewondering voor Henry James en Nathaniel Hawthorne; net als deze beide Amerikaanse auteurs schreef hij in een zeer verfijnde stijl. In Hartley’s werk domineren de thema’s van de zonde; het kwaad en het schuldgevoel. Hij werd heen en weer geslingerd door zijn overtuiging dat de mensen slecht zijn en zijn verlangen om te geloven dat ze goed zijn. In zijn zienswijze ontstaat het grootste kwaad doordat mensen genoodzaakt zijn met elkaar om te gaan. Hartley zelf was een individualistisch ingestelde man, op wie het verleden een grote aantrekkingskracht uitoefende. Zijn meeste verhalen spelen dan ook af in voorbije tijden.