Geboren te Roermond. Jacques Rudolf Willem Sinninghe was een Nederlands verteller en verzamelaar van onder meer sagen en sprookjes. Hij was de zoon van Frederik Sinninghe en Sophia Catharina de Ridder. Op zijn vierde jaar kwam hij in Breda terecht. Zijn vader was er directeur van het postkantoor. Jacques Sinninghe zou de stad Breda zijn hele leven trouw blijven. Was een Nederlands verteller en verzamelaar van onder meer sagen en sprookjes. Jacques Sinninghe studeerde aan de Economische Hogeschool in Rotterdam. Na zijn studietijd zwierf hij een aantal jaren rond in Zuid-Europa, waar hij gefascineerd raakte door de volksverhalen die hij daar hoorde. Terug in Nederland besloot hij in de journalistiek te gaan en van het verzamelen van volksverhalen zijn beroep te maken. Hij ging met zijn tape-recorder den boer op, zoals Breedveld het uitdrukte. Uiteindelijk zou Sinninghe alleen al in Nederland en Vlaanderen zo’n 45.000 mythen, sagen en legendes optekenen. Met de tientallen boeken en duizenden artikelen die hij schreef, verwierf hij internationale roem. Hij was de eerste ter wereld, die een sagen- en legenden catalogus samenstelde. Tussen 1941 tot 1947 was Sinninghe voor het volksverhaalonderzoek werkzaam in opdracht van de Volkskundecommissie op het Volkskundebureau van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. In 1942 werd Sinninghe bekroond door het nationaalsocialistische Departement van Volksvoorlichting en Kunsten, die hem de Folkloristische Prijs toekende voor zijn eerste zes sagen-boeken. In datzelfde jaar gaf uitgeverij Elsevier, gesubsidieerd door het nationaalsocialistische Departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming, zijn boek Vijftig Nederlandse sprookjes uit. De nationaalsocialistische uitgeverij De Schouw publiceerde in 1943 zijn Peer van 't Heike en Opstand in Brabant. In andere van hem in datzelfde jaar verschenen boeken was geen sprake van het publiceren in het licht van de nationaalsocialistische ideologie. In 1955 bracht Sinninghe de collectie onder in de Stichting tot codificatie van de Nederlandse Volksverhalen. Sinninghe deponeerde in 1974 een deel van zijn collectie op het Rijksarchief Zeeland, dat deel zou in 1998 aan het Meertens Instituut worden overgedragen. Het betreft hier kopieën van Vlaamse teksten. De gehele collectie van Sinninghe wordt heden bewaard bij de Brabant-Collectie in de Universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Tilburg. Ook hier gaat het voor 95% om teksten die afkomstig zijn uit het Vlaamse sagen onderzoek.