Geboren te Utrecht. Kraft debuteerde met de roman 'De dagen met gezichten' (1976), een drieluik over ongewenste zwangerschap, abortus, zelfmoord en problemen met relaties, waarover ze in drie hoofdstukken laat zien hoe het verleden voor haar personages een doorslaggevende rol speelt in hun beslissingen. In 'Te oud voor speelgoed' (1980) geeft ze in de vorm van een dagboek een case-history van een jonge vrouw met suicidale neigingen en de psychotherapie die ze daarvoor volgt. Het meest experimenteel is 'De roos van Julia' (1984), een roman over het klassieke liefdesverhaal Romeo en Julia dat verteld wordt in twee parallelle verhalen die naast elkaar op tegenoverliggende pagina's worden afgedrukt. De meeste romans van Kraft zijn psychologische romans, soms met een sciencefiction-achtige sfeer, zoals 'Sterrenheer' (1990) waarvan het verhaal zich afspeelt in een astrofysisch laboratorium, soms met een thriller-achtige inhoud, zoals 'Een gevaarlijk soort voorjaar' (1995) over een vrouw die een oude dame heeft aangereden. 'De perfecte vrouw' (1993) is een roman over een obsessieve liefde, waarin de vrouw haar geliefde trouw tracht te blijven, ondanks bedrog en lichamelijk geweld. Ze kan zich daaraan uiteindelijk ontworstelen dankzij een geslaagde carrière.