Geboren te Hougsund op Eker. Samen met Ibsen, Kielland en Bjørnson wordt Jonas L(auritz) I(demil) Lie tot de vier groten van de eind negentiende-eeuwse Noorse literatuur gekend. Lie wertkte aanvankelijk als advocaat, maar na zijn faillisement voorzag hij in zijn levensonderhoud met het schrijven van romans, toneelstukken en poëzie. Hij woonde lange tijd in Rome en Parijs. Zijn eerste romans getuigen van liefde voor de zee; ook blijkt er al zijn hang naar het mysticisme en zijn scherpe kijk op het menselijk karakter uit. Onder invloed van onder anderen George Brandes kwamen in zijn werk problemen van sociaal-culturele aard aan bod, maar nooit in zo’n mate dat zijn boeken uitgesproken tendensromans te noemen zijn. Door zijn zin voor het mystieke onderscheidde hij zich van de eigenlijke naturalisten. Vooral zijn familieromans werden bekend en geliefd. Toen omstreeks 1890 de neoromantiek in Noorwegen doorbrak, kon Lie zijn fantasie en zijn gevoel voor het bovennatuurlijke de vrije teugel laten. Met zijn impressionistische stijl beïnvloedde hij jonge auteurs als Herman Bang. Overleden te Stavern.