Het oostelijke deel van de Brusselse binnenstad is in de eerste helft van de twintigste eeuw het toneel geweest van krasse veranderingen: met de aanleg van een spoorverbinding, tussen Noord- en Zuidstation als excuus gingen hele (meest armoedige) wijken tegen de vlakte, om plaats te maken voor zielloze regerings-, zaken- en kunstpaleizen.