We schrijven het jaar 1866. Er zijn tal van geheimzinnige ontmoetingen op zee geweest met iets wat een zwevende zeebank zou kunnen zijn. De Amerikaanse regering rust een schip uit om het mysterieuze voorwerp op te sporen. Professor Aronnax van het Parijse Museum voor Natuurlijke Historie wordt uitgenodigd deel te nemen aan de expeditie, samen met zijn Vlaamse huisknecht Raad en een Canadese walvisvaarder, Ned Land. Hun schip wordt echter aangevaren. De drie belanden in zee maar worden gered en aan boord van een grote onderzeeër gebracht, de Nautilus, als gevangenen van kapitein Nemo... Op dit supervaartuig gaan ze een lange reis om de wereld maken onder water maken.