Drie kinderen maken een barre tocht naar het winterkamp van hun stam. Barn, de oudste, heeft de inleiding. Hij kan soms de gedachten van mensen en dieren opvangen, maar weet nog niet wat dit voor hem betekent. Onderweg ontmoeten ze de eenzame krijger Krai. Deze sluit zich bij hen aan, maar hij gedraagt zich op een vreemde manier. Als ze op zoek zijn naar een veilige schuilplaats tegen de achtervolgende wolven, wordt Barn naar een dal getrokken waar een stervende mammoet ligt. En die mammoet zal een belangrijke rol in zijn leven blijven spelen.