Nu voor eeuwig verzonken onder de eindeloze golven van de Atlantische oceaan, waren de Oude Eilanden eens het domein van halflingen en mensen, van grimmige kastelen en weelderige paleizen, van baldadige elfen en vileine heksen en elkaar aftroevende magiërs. De mensen leidden een leven dat terdege rekening moest houden met de magie die talrijke soorten halfwezens én enkele machtige mannen en vrouwen beoefenden - soms tot heil van de aardse bewoners, maar meestal niet. Op een van de Oude Eilanden woonde een prinses wier schoonheid even betoverend was als haar verlangen naar een moedige prins onmogelijk. Suldruns tuin werd de plek waar zij elkander hun noodlottige liefde bekenden.