Hassan de moordenaar gromde. Rooie Pruik draaide zich snel naar me om en keek meteen weer voor zich. Cort Myshtigo, de Vegaan, vroeg: ‘Wat doen ze?’ ‘Nou, ze ontmantelen de piramide van Cheops, ‘zei ik. ‘Ze ontwijden een monument van de vergane glorie van de mensheid,’ riep Rooie Pruik uit. ‘Niets is goedkopen dan vergane glorie,’ merkte ik op. ‘We hebben nu met beiden te maken, en de Aarde is een verarmde planeet.’ Maar de situatie was nog ernstiger. De Aarde werd bedreigd met vernietiging door Vega. Een naast de vreemde kallikanzaros (‘Noem me maar Conrad’) van wie niemand wist hou oud hij was, van wie niemand wist wie hij was, stond de Vegaanse ambassadeur, en sloeg met een raadselachtige blik de kannibalisatie van een planeet gade. En Conrad had nog steeds niet besloten of hij Myshtigo zou doden, wist nog steeds niet welke opdracht Hassan de moordenaar had. Hij wist alleen dat een van hen opdracht had om te doden.