Regel 1: Regel 1:
Slechts zeven krijgers, waaronder Manawyddan, broer van Bran de Gezegende, en Pryderi de jonge koning van Dyved, keren terug van de oorlog in Ierland terug. Na Manawyddans klacht, dat hij nu geen thuis meer heeft, nodigt Pryderi hem uit mee te gaan naar zijn moeder Rhiannon in Dyved. Manawyddan neemt de uitnodiging na enige aarzeling aan. Op hun terugreis overnachten zij in een herdershut en de oude herdersvrouw vertelt het verhaal van de belevenissen van Pwyll en Rhiannon en hun pasgeboren zoon: In de nacht dat Rhiannon haar zoon baarde, werd deze van haar gestolen en betichtte men haar er van hem te hebben geslacht en opgegeten. De Druïden veroordeelden haar tot een zeer vernederende straf. Nu bezat Teyrnon, koning van Gwent, een merrie. Ze wierp wel ieder jaar een veulen, maar op mysterieuze wijze verdween het onmiddellijk na de geboorte. Dit jaar hield Teyrnon de wacht bij de drachtige merrie toen zij werpen moest en hieuw, na een woest gevecht, een reusachtige zwarte arm af, die dreigde het veulen weg te sleuren. Buiten gekomen vond hij de kleine Pryderi op de grond liggen. Eerst besloten hij en zijn vrouw het kind te houden, maar Manawyddan bracht, vermomd als bard, hem en zijn vrouw tot andere gedachten en zo wordt Rhiannon gerehabiliteerd. Als Pryderi en Manawyddan in Dyved zijn aangekomen stelt Pryderi zijn moeder voor Manawyddans bruid te worden. Rhiannon is maar al te blij en Manawyddan weet zich verenigd met haar die hij altijd heeft liefgehad. Alles verandert echter wanneer Pryderi bij Caswallon, de Opperkoning, zijn opwachting moet maken, want deze weet hem op sluwe wijze de Heilige Stenen afhandig te maken, die door het volk van Dyved als de Eerstgeborenen der Aarde worden beschouwd en vereerd. Als Pryderi deels om onheil af te wenden, deels uit geldingsdrang  de gevreesde Gorsedd Arberth bestijgt, valt Dyved onder de betovering van de Grijze Man. Het land ligt verlaten en de bewoners zijn verdwenen als Pryderi en de zijnen van de Gorsedd Arberth terugkeren. Na een tijd van omzwervingen lukt het de Grijze Man om Pryderi en Rhiannon naar de Onderwereld te lokken en dan levert Manawyddan zijn laatste strijd met de Koning van de Onderwereld. Hij wint en na het sluiten van een overeenkomst worden Rhiannon en Pryderi vrijgelaten en voor Manawyddan en de zijnen is het als ontwaken uit een droom.
+
Slechts zeven krijgers, waaronder Manawyddan, broer van Bran de Gezegende, en Pryderi de jonge koning van Dyved, keren terug van de oorlog in Ierland terug. Na Manawyddans klacht, dat hij nu geen thuis meer heeft, nodigt Pryderi hem uit mee te gaan naar zijn moeder Rhiannon in Dyved. Manawyddan neemt de uitnodiging na enige aarzeling aan. Op hun terugreis overnachten zij in een herdershut en de oude herdersvrouw vertelt het verhaal van de belevenissen van Pwyll en Rhiannon en hun pasgeboren zoon: In de nacht dat Rhiannon haar zoon baarde, werd deze van haar gestolen en betichtte men haar er van hem te hebben geslacht en opgegeten. De Druïden veroordeelden haar tot een zeer vernederende straf. Nu bezat Teyrnon, koning van Gwent, een merrie. Ze wierp wel ieder jaar een veulen, maar op mysterieuze wijze verdween het onmiddellijk na de geboorte. Dit jaar hield Teyrnon de wacht bij de drachtige merrie toen zij werpen moest en hieuw, na een woest gevecht, een reusachtige zwarte arm af, die dreigde het veulen weg te sleuren. Buiten gekomen vond hij de kleine Pryderi op de grond liggen. Eerst besloten hij en zijn vrouw het kind te houden, maar Manawyddan bracht, vermomd als bard, hem en zijn vrouw tot andere gedachten en zo wordt Rhiannon gerehabiliteerd. Als Pryderi en Manawyddan in Dyved zijn aangekomen stelt Pryderi zijn moeder voor Manawyddans bruid te worden. Rhiannon is maar al te blij en Manawyddan weet zich verenigd met haar die hij altijd heeft liefgehad. Alles verandert echter wanneer Pryderi bij Caswallon, de Opperkoning, zijn opwachting moet maken, want deze weet hem op sluwe wijze de Heilige Stenen afhandig te maken, die door het volk van Dyved als de Eerstgeborenen der Aarde worden beschouwd en vereerd. Als Pryderi deels om onheil af te wenden, deels uit geldingsdrang  de gevreesde Gorsedd Arberth bestijgt, valt Dyved onder de betovering van de Grijze Man. Het land ligt verlaten en de bewoners zijn verdwenen als Pryderi en de zijnen van de Gorsedd Arberth terugkeren. Na een tijd van omzwervingen lukt het de Grijze Man om Pryderi en Rhiannon naar de Onderwereld te lokken en dan levert Manawyddan zijn laatste strijd met de Koning van de Onderwereld. Hij wint en na het sluiten van een overeenkomst worden Rhiannon en Pryderi vrijgelaten en voor Manawyddan en de zijnen is het als ontwaken uit een droom.

Huidige versie van 27 okt 2022 om 11:10

Slechts zeven krijgers, waaronder Manawyddan, broer van Bran de Gezegende, en Pryderi de jonge koning van Dyved, keren terug van de oorlog in Ierland terug. Na Manawyddans klacht, dat hij nu geen thuis meer heeft, nodigt Pryderi hem uit mee te gaan naar zijn moeder Rhiannon in Dyved. Manawyddan neemt de uitnodiging na enige aarzeling aan. Op hun terugreis overnachten zij in een herdershut en de oude herdersvrouw vertelt het verhaal van de belevenissen van Pwyll en Rhiannon en hun pasgeboren zoon: In de nacht dat Rhiannon haar zoon baarde, werd deze van haar gestolen en betichtte men haar er van hem te hebben geslacht en opgegeten. De Druïden veroordeelden haar tot een zeer vernederende straf. Nu bezat Teyrnon, koning van Gwent, een merrie. Ze wierp wel ieder jaar een veulen, maar op mysterieuze wijze verdween het onmiddellijk na de geboorte. Dit jaar hield Teyrnon de wacht bij de drachtige merrie toen zij werpen moest en hieuw, na een woest gevecht, een reusachtige zwarte arm af, die dreigde het veulen weg te sleuren. Buiten gekomen vond hij de kleine Pryderi op de grond liggen. Eerst besloten hij en zijn vrouw het kind te houden, maar Manawyddan bracht, vermomd als bard, hem en zijn vrouw tot andere gedachten en zo wordt Rhiannon gerehabiliteerd. Als Pryderi en Manawyddan in Dyved zijn aangekomen stelt Pryderi zijn moeder voor Manawyddans bruid te worden. Rhiannon is maar al te blij en Manawyddan weet zich verenigd met haar die hij altijd heeft liefgehad. Alles verandert echter wanneer Pryderi bij Caswallon, de Opperkoning, zijn opwachting moet maken, want deze weet hem op sluwe wijze de Heilige Stenen afhandig te maken, die door het volk van Dyved als de Eerstgeborenen der Aarde worden beschouwd en vereerd. Als Pryderi deels om onheil af te wenden, deels uit geldingsdrang de gevreesde Gorsedd Arberth bestijgt, valt Dyved onder de betovering van de Grijze Man. Het land ligt verlaten en de bewoners zijn verdwenen als Pryderi en de zijnen van de Gorsedd Arberth terugkeren. Na een tijd van omzwervingen lukt het de Grijze Man om Pryderi en Rhiannon naar de Onderwereld te lokken en dan levert Manawyddan zijn laatste strijd met de Koning van de Onderwereld. Hij wint en na het sluiten van een overeenkomst worden Rhiannon en Pryderi vrijgelaten en voor Manawyddan en de zijnen is het als ontwaken uit een droom.