Geboren te Leerdam, Utrecht. Edward van de Vendel is een Nederlands schrijver en vertaler van kinder- en jeugdboeken. Groeide op in Beesd, een dorpje in de Betuwe. Van de Vendel ging naar school in Culemborg. Daar was hij lid van het schoolcabaret en schreef hij liedjes. Vervolgens ging hij studeren aan de Pedagogische Academie en richtte hij samen met anderen een eigen school op in Heemstede. Als kind was Van de Vendel geen fervent lezer. Toen hij wat ouder werd, ging hij echter steeds meer lezen. Vooral de boeken van Guus Kuijer, Paul Biegel, Wim Hofman, Els Pelgrom en de jeugdromans van Imme Dros vond hij aantrekkelijk. Zelf is hij van mening dat invloeden van Kuijer, Biegel en Hofman qua stijl in zijn werk terug te vinden zijn. Hij droomde ervan voetballer of zanger te zijn, maar dit was niet voor hem weggelegd. Toen ging hij, net als zijn vader en moeder, in het onderwijs werken. Hij gaf les in Wijchen, Heemstede, Bloemendaal en Zuidlaren.

In 1996 publiceerde Edward van de Vendel zijn eerste kinderboek de dichtbundel Betrap me! Zijn prozadebuut: Gijsbrecht, werd genomineerd voor de Woutertje Pieterseprijs en won de Gouden Zoen 1999. Sinds 2001 is hij fulltime schrijver. Inmiddels heeft Edward van de Vendel een heel breed oeuvre. Behalve gedichten schrijft hij ook jeugdromans, toneel en non-fictie. Tevens schrijft hij liedjesteksten en teksten voor prentenboeken. Soms waagt Edward zich zelfs aan het schrijven van informatieve boeken, over onder andere de voetbalclub Ajax. Edward van de Vendel heeft een omvangrijk oeuvre bestaande uit meer dan tachtig kinder- en jeugdboeken: fictie, non-fictie, poëzie en prentenboeken. Zijn werk is met vele prijzen bekroond, waaronder elf keer een Zilveren griffel en twee keer de Woutertje Pieterse Prijs. Ook werd hij genomineerd voor internationale kinderboekprijzen als de Hans Christian Andersen Medaille en de Astrid Lindgren Memorial Award. In Duitsland kreeg hij in 2016 de Jugendliteraturprijs. Zijn werk is o.a. vertaald in het Duits, Spaans, Frans, Italiaans, Noors, Deens, Chinees, Portugees en Georgisch. Co-Auteur: Mattias De Leeuw