Geboren te Haarlem. Frederik Willem van Eeden was een Nederlandse psychiater en schrijver, het meest bekend van zijn romans 'De kleine Johannes' (1887) en 'Van de koele meren des doods' (1900). Was de zoon van de plantkundige Frederik Willem van Eeden en groeide op in een milieu waarin kunst en wetenschap een belangrijke rol speelden. In 1878 ging hij medicijnen studeren in Amsterdam. In 1886 promoveerde Van Eeden en vestigde hij zich te Bussum als huisarts, maar hij specialiseerde zich al snel geheel in de psychotherapie. Op 15 april 1886 trouwde Frederik van Eeden met Martha van Vloten. Ze kregen twee zoons. Ze scheidden op 29 juli 1907. Over het leven en de dood van zijn zoon Paul schreef hij het boek 'Paul's ontwaken'. Op 21 augustus 1907 hertrouwde hij met Geertruida Woutrina Everts (1873-1952), lid van de familie Everts, met wie hij eveneens twee zoons kreeg. In het begin van de jaren tachtig van de negentiende eeuw speelde Van Eeden een belangrijke rol in het studentenleven in Amsterdam en publiceerde hij zijn eerste artikelen en blijspelen. Hij richtte in 1898 de productiecoöperatie Walden op. In 1922 bekeerde hij zich tot het katholicisme. Hij ontving in de Sint-Paulusabdij der Benedictijnen te Oosterhout het sacrament van het heilig doopsel, in aanwezigheid van zijn literaire vrienden schrijver Pieter van der Meer de Walcheren (zelf bekeerling) en de priester en hoogleraar Jac. van Ginneken S.J. Zijn doopnamen waren Fredericus Paulus, mede naar zijn jong overleden zoon. Hij was een der oprichtingsredacteuren van de ‘Nieuwe Gids’ en werd in 1914 redacteur voor de Groene Amsterdammer. Publiceerde ook onder het pseudoniem Cornelis Paradijs. Overleden te Bussum. Hij werd begraven op de RK Begraafplaats in Bussum.