Je ligt in je bed. En dan word je ‘s nachts uit je bed geplukt door een reus die wel vier keer zo groot is als de grootste mens. Hert is een reus die stappen maakt die zo lang zijn als een tennisbaan. De reus heeft zich eerst in jouw straat verscholen. Hij blaast dromen door een lange trompet uit een glazen pot in de slaapkamers van de kinderen. Dan ziet hij jou. Het volgende moment heeft hij jou te pakken en holt hij met een geweldige snelheid door de nacht. Sofie, met wie dit alles gebeurt, denkt: De reus rent zeker zo hard omdat hij honger heeft en omdat hij zo gauw mogelijk thuis wil zijn eet hij mij op voor zijn ontbijt. Sofie leert de GVR, de Grote Vriendelijke reus, kennen. Hij is geen mensenpeuzelende kanibal zoals Bottenkraker reus, die elke avond twee hupse flupsige mensbaksels kraakt voor zijn avondeten. De GVR is ook niet zó groot en niet zó doorgeward als de andere reuzen. Wat hij Sofie vertelt over de andere reuzen is zo vreselijk, dat Sofie vindt dat de Koningin het snel moet weten. Sofie en de GVR bedenken een slim plan, waardoor alle kinderen van de wereld weer veilig in hun bed kunnen liggen.